www.jufjanneke.nl


0
GD Star Rating
loading...

Bakker, wat doe je vandaag?

Janneke 18 januari 2013

Het thema de bakker kan heel goed gecombineerd worden met: Sinterklaas en Kerst. Op deze pagina kun je algemene ideeën vinden rondom dit thema maar ook ideeën die aansluiten bij Sinterklaas en de bakker en Kerst en de bakker.

Ontwerpschema/groepsplan over de bakker:

Hier kun je een ontwerpschema/groepsplan downloaden waar de verschillende activiteiten opstaan en waar je de namen van de kinderen kunt noteren die je bij de activiteiten wilt begeleiden.

Doel

  • In de Sinterklaas en Kersttijd worden veel lekkernijen door bakkers gemaakt. Een goede reden om hier meer van te weten te komen en de bakkers wat mee te helpen.
  • In de groep gaan we zelf kruidnoten bakken in de Sinterklaastijd en kerstkoekjes in de kersttijd. Dit gaan we verkopen op school. Van de opbrengst kunnen we nieuw meel etc. kopen en iets leuks voor de klas. Doe je dit buiten de Sinterklaastijd om, bak dan koekjes of iets dergelijks.
  • Hierdoor leren de kinderen omgaan met hoeveelheden en geld.
  • Ook aantallen zijn hier belangrijk. Ze moeten steeds zakjes kruidnoten maken waar 20 inzitten. Dus veel tellen.
  • In de bakkerswinkel komt beginnende geletterdheid aan bod door kaartjes te schrijven bij de te verkopen producten.

Boeken

Onderzoek/uitstapjes

  • Breng een bezoekje aan de bakker; maak hier foto’s van zodat de kinderen dit weer in de klas kunnen gebruiken.
  • Ga anders in een supermarkt eens op de bakkersafdeling kijken wat er wordt verkocht
  • Iets bakken in de klas
  • Als je echter graankorrels in de klas hebt, kun je met een kom en een vijzel deze korrels echt gaan malen.
  • Geef de kinderen verschillende soorten meel en laat ze kijken, voelen en ruiken
  • Broodsoorten proeven
  • Vraag of iemand een broodbakmachine heeft die je mag lenen.

Aankleding van de klas

Je kunt een kijktafel maken met daarop allemaal bordjes met verschillende soorten brood. Een vaas met halmen van graan en verschillende soorten meel in potjes. Misschien heeft de bakker ook nog wat posters liggen die u kunt gebruiken.

Boeken uitgelicht

Liesbet Slegers heeft een boek geschreven over de bakker. Het boek start met alle lekkere dingen die een bakker verkoopt. Dan wordt de overstap naar de bakker gemaakt: welke kleren draagt hij en waarom, wat gebruikt de bakker allemaal, waarom staat een bakker ’s morgens vroeg op, hoe worden broden gebakken en tot slot de bakkerswinkel. Ik vind de serie van Liesbet Slegers over allerlei verschillende beroepen erg goed en duidelijk omdat de kinderen een goed beeld krijgen van het werk. Verder hebben de boeken prachtige tekeningen die goed bij de tekst aansluiten.

Opening van het thema

Omdat het thema van de bakker in de Sinterklaastijd plaatsvindt, krijgen de kinderen een brief van Sinterklaas.
Hier kun je de brief downloaden: Brief van Sinterklaas.

Je kunt dit thema ook openen door allemaal broodjes neer te leggen en een gesprek met de kinderen te houden en de broodjes samen te proeven.

Knutselopdrachten

Wat kun je doen met de groep:

  • Taartkleedjes knippen
  • Boterham figuurzagen en beleggen door te knippen en plakken. Daarna lakken en klaar is de boterham
  • Boterham van karton versieren en ophangen in de klas
  • Bakkershoed maken door een witte strook om het hoofd te meten, hier crêpepapier in te doen en in het midden aan de binnenkant bij elkaar te binden met een touwtje. Schrijf de naam van de bakker op de muts
  • De bakkerspiet
  • Tosti’s van papier
  • Taarten verven

  • Stroken plakken. Dat zijn de planken. Daar schilderen de kinderen brood en taarten op. Dan tekenen ze een bakker en die plakken we er later voor.

  • Taarten plakken van brede stroken en versieren
  • Bakkershoed vouwen: vouwvoorbeeld

Hoeken

  • Speelklei om broodjes en taarten te maken
  • Bakkerswinkel in de klas. Zorg dat er een ruimte is waar kinderen echt kunnen kneden met zoutdeeg of echte pepernoten maken. Maak een oven van een doos waar ze het bakproces kunnen uitspelen. Zet er deegrollers, uitsteekvormen, papieren taartonderzetters, kassa en geld, telefoon, prijskaartjes, beslagkommen, mixer, garde, litermaat, kookboek en verkleedkleren neer

De bakkerij  

 
Werken in de bakkerij                         Taarten in de oven

  
Leg zout brooddeeg in de bakkershoek, dan hebben ze echt wat te kneden en te rollen.

  • Kijkhoek met verschillende soorten brood, meel en graan.
  • In de huishoek kun je allemaal dingen neerzetten die met brood te maken hebben: broodplank, broodtrommel, broodrooster die kapot is en waarvan de snoeren zijn afgenipt, deegrol, oven die het niet meer doet, broodvorm. Observeer hoe er mee gespeeld gaat worden. Bespreek met de kinderen waar het voor dient.
  • Zandtafel; taarten van zand maken, zet hier allemaal materialen bij die de kinderen kunnen gebruiken om de taarten te versieren



Dit is beginnende geletterdheid: hier staat: cakejes en taarten en toetjes maar dan fonetisch geschreven.
 

  • De kinderen kunnen ook taarten van K’nex maken
  • Verteltafel rondom een boek:


 

 

 

 

 
Computer

Woorden over de bakker natypen op de computer

Spel en beweging

Spelletjes:

  • Bakker, hoe laat is het? Een kind is de bakker en loopt tussen de andere kinderen door. De kinderen vragen: “Bakker, hoe laat is het?” De bakker kan antwoorden: “Tijd om brood te bakken of tijd om koekjes te bakken of tijd om het deeg te kneden” maar als de bakker zegt: “tijd om brood te eten” dan kunnen de kinderen door de bakker getikt worden.
  • De bakker en de winkel: In het midden ligt een cirkel, b.v. een touw. Dat is de winkel. In de hoeken van het speellokaal liggen vier matten. De kinderen worden in vier groepjes verdeeld. Elke groepje gaat op een mat zitten. De ene groep is het gist, de andere groep het meel, de derde groep het water en de vierde de boter. Steeds heeft de bakker wat nodig en noemt wat hij wil. Dat groepje mag rond de cirkel lopen. Als de bakker zegt: “Ik ga nu bakken” mag hij de kinderen tikken. Als ze weer terug zijn op de mat mogen ze niet meer getikt worden. Zijn ze wel getikt dan gaan ze in de cirkel zitten.
  • Hoeveel broodjes zitten in de mand? Zet een mand neer en pittenzakken. Een kind mag de bakker zijn en zit op de grond. Achter de bakker staat de mand. De leerkracht wijst een kind uit de groep aan die heel zacht een pittenzak (broodje) mag pakken en in de mand doen. Na een paar keer vraagt iemand: Bakker vertel eens, hoeveel broodjes zitten in de mand?
  • Warme broodjes uit de oven: Aan de ene kant staat een oven met tien broodjes. (mand met tien pittenzakken) Aan de andere kant liggen twee hoepels, voor ieder kind een. Dat zijn de borden. Twee kinderen beginnen bij hun bord en rennen naar de oven toe. Daar pakken ze een broodje en brengen die naar hun bord. Daarna snel weer terug. Wie heeft het eerste de vijf broodjes op het bord liggen?
  • Zo gaat de molen: Loop in de kring. Begin heel rustig tijdens het zingen. Bij zo gaan de wieken wordt een stuk sneller gelopen

Links voor het digibord

Muziek

In het muziekkastje zitten opdrachten voor de volgende onderdelen van de muzikale vorming: ritmeopdracht, dansopdracht, luisteropdracht, muziekinstrumenten, liedjes om aan te leren.

 

 

 

Opdrachten voor het muziekkastje

In kleuterwijs staat:

  • Bakker, bakker, wat doe je vandaag blz. 156

In het grote liedjesboek staat ook een liedje over de bakker op blz. 5

Een ander bekend liedje is:

  • Zo gaat de molen

Een leuk opzegversje om op te zeggen en ook om voor te doen:

Hap,
een koek
zonder hoek.

Hap, hap,
een koek
zonder hoek, hoek.

Hap, hap, hap,
een koek
zonder hoek, hoek, hoek

Hap, hap, hap, hap,
de koek
zonder hoek, hoek, hoek, hoek,
is lekker……..
zoek!

En dit is ook leuk om op te zeggen en uit te spelen:

Tien kleine bakkertjes, liepen in de regen
Een liep weg – die was kletsnat
Toen waren er nog maar negen

Negen kleine bakkertjes hadden wat bedacht
Eentje zei:”ik doe niet mee”,
Toen waren er nog maar acht

Acht kleine bakkertjes die stonden zo te beven
Eentje zei ik ga naar huis,
toen waren er nog maar zeven

Zeven kleine bakkertjes die dronken uit een fles
Een werd ziek en moest naar bed
toen waren er nog maar zes

Zes kleine bakkertjes waren koud en stijf
Een ging bij de oven staan
toen waren er nog maar vijf

Vijf kleine bakkertjes hadden zo’n plezier
Eentje viel en brak zijn been
toen waren er nog maar vier

Vier kleine bakkertjes zaten op hun knie
Eentje hield het niet meer uit
toen waren er nog maar drie

Drie kleine bakkertjes zwommen in de zee
Een ging kopje onder
toen waren er nog maar twee

Twee kleine bakkertjes hinkten op een been
Eentje zei:”dat kan ik niet”.
Toen was er nog maar een.

Dat ene kleine bakkertje ging naar de bakkerij
Het at daar alle broodjes op
Toen lachte het heel blij!

En dit versje gaan we voor Sinterklaas opzeggen:
(Ron Schroder en Marianne Busser uit: het grote versjesboek)

Wij hebben – lieve Sinterklaas
Een kleine taart gemaakt
We hopen dat hij is gelukt
en dat hij lekker smaakt

Eerst heb ik het deeg gekneed
na uren was ik klaar
toen moest het deeg de oven in
daar werd het bruin en gaar

En toen heb ik de taart versierd
met kleine stukjes fruit
met slagroom en wat chocola
het zag er prachtig uit!

Maar weet u Sint- het was nog vroeg
ik had nog niet ontbeten
toen heb ik – tja – het spijt me erg
de taart maar opgegeten!

Bakkersliedjes:

Sint en de bakkerij

De bakker in kersttijd

Knijpkaarten

Werkbladen

Materialen

Taal

In de taalkast zitten voorwerpen waaraan verschillende taaloefeningen zijn gekoppeld: Ko Klapper: tellen woorden in zinnen en woordstukjes, Ria Rijm: voor rijmoefeningen, Henk Hak en Piet Plak: hakken en plakken, woordrups: begin en eindletters, Pipa Papegaai: voor luisterspelletjes: nazeggen zinnen, Lange Slang: lange en korte woorden herkennen, voorwerp passend bij het thema: raadsels, wel of niet goed, etc., vingerpopjes voor het geven van een voorstelling in het theatertje erboven, grote lade waar het boek van de week uitkomt en waar een map in ligt met daarin bladen met de auditieve oefeningen erop.

Op taalgebied kun je de volgende materialen gebruiken:

Woordenschat:
vormen: langwerpig, puntig, lang, kort, rond, bol
begrippen: groot, klein, half, heel, rol, boven, bovenste, onder, onderste, heet, koud, warm, dik, dun
vers, oud, eerste, tweede, laatste, middelste
namen: brood, bruinbrood, witbrood, volkorenbrood, graan, halmen, oven, krentenbrood, stokbrood, kadetje, puntje, krentenbol, croissant, bakker, bakkerij, bakkerswinkel,bakkersmuts, bakkersschort, broodfabriek, deeg, gist, bakvorm

Kringgesprek
Leg allemaal verschillende soorten brood neer in het midden.
Stel de volgende vragen:

  • Ziet het er lekker uit?
  • Wat eet je het liefst?
  • Weet je hoe het heet?
  • Waarvan is brood gemaakt? Meel laten zien en graan
  • Wie maalt de tarwekorrels?
  • Samen proeven van verschillende soorten brood

Rekenen/wiskunde

Elke week wordt tijdens het thema een la wordt geopend waarna het figuur dat erin zit een opdracht gaat geven. De figuren zijn: Elmer voor de kleuren, Barbapappa voor de vormen. Levi het Lieveheersbeestje voor het tellen, Grote en kleine Kangoeroe voor de begrippen, Wouter de verzamelkabouter voor ordenen en verzamelingen maken, Sam de Schildpad voor opdrachten rondom de tijd, Frits Fotoflits voor opdrachten op het gebied van ruimtelijke oriëntatie en Bob de Bouwer voor opdrachten rondom meten en wegen. Elke week worden er een of twee lades geopend en wordt de opdracht klassikaal aangeboden. Daarna krijgt de opdracht een vervolg in de kleine kring en/of de rekenhoek.

Grafiek; hoeveel boterhammen eet je ’s morgens?

Gebruik een etagère in de bakkershoek en bij rekenlessen.
Ik gaf de volgende opdrachten: Leg twee taartjes op de bovenste schaal, drie taartjes op de middelste schaal en vier taartjes op de onderste schaal: waar liggen de meeste taartjes? Leg overal evenveel taartjes op, etc.

Begrippen:

veel – weinig
dun – dik –
langwerpig – puntig – rond – bol
lang – kort
groot – klein
half – heel

Een leuke rekenactiviteit die je elke dag kunt doen is:

  • Hoeveel boterhammen heb je gegeten vanmorgen?
  • Hoeveel bruine boterhammen?
  • Hoeveel witte boterhammen?
  • Wat is het meest gebruikte broodbeleg?
  • Wat is het lekkerste broodbeleg?

Als je zorgt voor plaatjes van brood en broodbeleg, kun je kinderen een blokje onder het goede plaatje laten leggen. Zo krijg je al snel een grafiek. Laat kinderen dit naplakken en hang het op in de klas.

Wie heeft de meeste boterhammen? Maak van karton een stapeltje boterhammen. De kinderen mogen met een klein groepje, om de beurt met een dobbelsteen gooien. Dat aantal boterhammen mogen ze pakken. Als de stapel boterhammen op is, wordt er gekeken wie de meeste heeft.

Kralenplanken


Verkleedkleding

In het assortiment van www.kinderverkleedkleding.nl zitten twee prachtige koks-pakjes die
heel goed ook bij het thema de bakker, gebruikt kunnen worden.

Bedankt

Margriet van Laar, Ina Schild en Nicole Rutten hebben geholpen om deze pagina van materialen te voorzien. Van Jeanet Jafari van www.kinderverkleedkleding.nl heb ik prachtige bakkersmutsen gekregen. Bedankt hiervoor!

 

GD Star Rating
loading...

Bakker, wat doe je vandaag?, 3.8 out of 5 based on 13 ratings

Login to your account

Can't remember your Password ?

Register for this site!